Voor wie niet meer aan het werk is, voorziet de Belgische Sociale Zekerheid via het
RIZIV in een
financieel vangnet. Dit vangnet is beperkt, want de lasten zoals het aflossen van een hypotheek of de verzekering voor een auto blijven gewoon doorlopen terwijl uw werknemer terugvalt op een lager inkomen. Een verzekering gewaarborgd inkomen of arbeidsongeschiktheidsverzekering zorgt ervoor dat uw werknemers ook bij arbeidsongeschiktheid hun huidige levensstandaard behouden.
Sociale zekerheid garandeert slechts een deel van het loon
De
eerste maand van arbeidsongeschiktheid betaalt u als werkgever het loon verder door aan
100%.
Vanaf de
2de tot de 12de maand stopt meestal de tussenkomst van de werkgever. In plaats van zijn vaste loon krijgt de werknemer dan een wettelijke uitkering van
60% van het brutoloon.
Na 1 jaar gaat arbeidsongeschiktheid over in
invaliditeit. Uw werknemer krijgt dan een uitkering volgens zijn gezinssituatie, met bijv. slechts maximum 40% van het brutoloon voor samenwonenden.
Salarisplafond en geen rekening met extra voordelen
Bij de berekening van de invaliditeitsuitkering neemt het RIZIV slechts een maximumjaarsalaris mee van 56.019,60 euro, of een maandsalaris van 4.668,30 euro (update: 05/2024). Hoe hoger het loon, hoe hoger dus het inkomensverlies.
Alles boven dat plafond, maar ook de eventuele 13de maand, bonussen, maaltijdcheques of andere voordelen worden niet in de berekening opgenomen.
Wil u de wettelijke uitkering zelf eens berekenen? Probeer dan onze handige simulatietool.
Ik doe de simulatie